De exportwaarde van de boycotgoederen naar Rusland bedroeg ruim 500 miljoen euro in 2013. Nederland verdiende ongeveer 300 miljoen euro aan deze export en er waren ongeveer 5 duizend banen aan verbonden.
Deel opbrengst export gaat naar buitenland
Aan de export van ruim 500 miljoen euro verdiende Nederland 300 miljoen. Er was namelijk voor 200 miljoen aan goederen en diensten nodig uit het buitenland voor deze export. Kwekers kochten bijvoorbeeld Chinese zonnepanelen om elektriciteit mee op te wekken voor hun productie. Ook werden sommige exportgoederen, zoals ananas, eerst in het buitenland gekocht en daarna met een kleine marge doorverkocht.
Vooral landbouw en voedingsmiddelenindustrie
Vooral de landbouw en de voedingsmiddelenindustrie verdienden aan de nu geboycotte goederen. Zij produceren en verwerken de groente, het fruit, de zuivel en het vlees dat op de boycotlijst staat. Maar ook toeleverende en ondersteunende bedrijfstakken zijn betrokken bij deze export. Een kweker verkoopt zijn tomaten aan de groothandel die ze doorverkoopt. Een transporteur bracht ze dan naar Rusland. De kweker maakt misschien ook gebruik van een accountancybureau voor de boekhouding en van een uitzendbureau om tijdelijke krachten in te huren. Al die bedrijfstakken in de productieketen verdienen dus ook geld door de export naar Rusland. Bij de export van de producten waren ongeveer 5 duizend banen betrokken. Dat was voor ruim de helft in de producerende bedrijfstakken, namelijk de landbouw en in de voedselindustrie.
Nederland kan ook via andere landen leveren aan Rusland
Nederland was in 2013 een belangrijke leverancier van de geboycotte goederen voor landen in de nabijheid van Rusland. Ons land leverde bijvoorbeeld de helft van de tomaten ingevoerd door Polen, Estland, Letland en Litouwen samen. Deze waren deels bestemd voor de lokale markt, maar een deel zal ook zijn doorverkocht aan Rusland.
Het is niet bekend hoeveel geboycotte goederen uit Nederland via andere landen in Rusland kwamen. De Baltische staten produceerden amper tomaten, paprika’s of druiven maar exporteerden ze wel.
Om een indicatie te krijgen van de orde van grootte: als deze landen zelf geen boycotgoederen zoals tomaten, paprika’s en druiven produceerden, en het Nederlandse aandeel in hun export van ieder boycotproduct hetzelfde zou zijn als van hun import, dan ging het om 700 miljoen euro aan export. Daaraan zou Nederland nog eens 300 miljoen euro en 5 duizend banen hebben overgehouden.
Nederland verdient per euro export gemiddeld minder aan de handel via Polen en de Baltische staten dan aan de handel met Rusland zelf. Want naar Rusland gaan relatief veel zelfgeproduceerde goederen zoals zuivel. En via Polen en de Baltische staten gaan relatief veel in het buitenland geproduceerde goederen zoals druiven die Nederlandse bedrijven doorverkopen. Daar verdient Nederland gemiddeld minder aan.
Meer effecten dan verlies afzetmarkt
De betrokken bedrijven kunnen naast een verdwenen afzetmarkt ook last krijgen van dalende prijzen doordat er veel extra aanbod is vanuit andere landen die ook geboycot worden. Ook kan een bedrijf failliet gaan als het een fors deel van de omzet verliest, waarmee dan meer werkgelegenheid verdwijnt dan er in 2013 aan de export van boycotgoederen naar Rusland verbonden was. De gevolgen van de boycot zouden beperkt kunnen blijven als bedrijven nieuwe afzetmarkten vinden of handel via niet-geboycotte landen laten lopen.
Bron: CBS