In 2023 waren er bijna 2,5 miljoen ondernemers, in 2010 waren dit er nog 1,5 miljoen. 36 procent hiervan is vrouw, in 2010 was dat 32 procent. In de branches overige persoonlijke dienstverlening (84 procent), kledingindustrie (79 procent) en welzijnszorg zonder overnachting (76 procent) waren relatief de meeste vrouwen actief. In dienstverlening delfstoffenwinning, sanering en overig afvalbeheer en grond-, water- en wegenbouw was het aandeel mannelijke ondernemers het grootst (96 procent of meer). Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.
In 2023 waren er 251 duizend startende ondernemers. Onder hen was het hoogste aandeel vrouwen te vinden in de veterinaire dienstverlening: 86 procent. Na 2010 waren er in elk jaar meer vrouwelijke startende ondernemers in deze bedrijfstak dan mannelijke. Hierdoor is in deze branche het aandeel vrouwelijke ondernemers het sterkst gegroeid: van 35 procent vrouwen in 2010 naar 62 procent in 2023. Omgekeerd was het aandeel mannelijke starters in de branche reparatie en installatie van machines met 98 procent het grootst. Dit is sinds 2010 nauwelijks gewijzigd.
Meer oude en jonge ondernemers
Sinds 2010 is het aandeel ondernemers van 65 jaar en ouder toegenomen van 6 naar 10 procent. Ook het aandeel jonge ondernemers (jonger dan 30 jaar) is toegenomen, van 9 naar 15 procent. De gemiddelde leeftijd van de ondernemers is in de periode 2010 tot 2023 gelijk gebleven: rond de 46 jaar.
De toename van het aantal jonge ondernemers wordt veroorzaakt doordat het aantal startende jonge ondernemers in alle jaren groter is dan het aantal stoppende jonge ondernemers. Het verschil hiertussen wordt vanaf 2010 elk jaar groter doordat het aantal jonge starters elk jaar toeneemt. In 2010 waren dat 38 duizend, in 2023 104 duizend.
De bedrijfstak met het hoogste aandeel jonge starters was in 2023 film- en tv-productie; geluidsopname (68 procent). In de detailhandel is het aandeel jonge starters 61 procent, bijna 95 procent van de jonge starters in de detailhandel begon een webshop.
Aandeel ondernemers met niet-Nederlandse herkomst neemt toe
Het aandeel ondernemers met een niet-Nederlandse herkomst is vanaf 2010 gestaag toegenomen. Het aandeel ondernemers die zelf in het buitenland zijn geboren, is toegenomen van 10 tot 16 procent. Het aandeel ondernemers van de tweede generatie (in Nederland geboren, met ten minste 1 in het buitenland geboren ouder) is toegenomen van 7 tot 12 procent.
Een op drie in het buitenland geboren ondernemers komt uit EU
In 2023 had een derde van alle bijna 400 duizend in het buitenland geboren ondernemers een herkomst in een van de landen van de Europese Unie. De top 3 bestond uit Polen (35 duizend), Bulgarije (19 duizend), Duitsland (14 duizend).
Iets meer dan de helft van de Poolse ondernemers werkte in de bouwnijverheid. Dat geldt ook voor de Bulgaren en iets minder voor de Roemenen. De belangrijkste sectoren voor Duitse en Belgische ondernemers zijn specialistische zakelijke diensten en gezondheids- en welzijnszorg.
Turkije belangrijkste herkomstland voor startende ondernemers geboren in niet-EU land
Turkije was zowel in 2010 als in 2023 het belangrijkste geboorteland van startende ondernemers die niet geboren zijn in een EU-land. De bouwnijverheid is de meest voorkomende bedrijfsactiviteit bij deze groep. Ook landen van waaruit veel asielzoekers zijn opgenomen staan bij de belangrijkste herkomstlanden, zoals Syrië, Oekraïne, Afghanistan, Iran en Irak.
Bron: CBS