Het totale reëel beschikbaar inkomen van huishoudens steeg in het tweede kwartaal van 2019 met 2,2 procent. Op basis van deze cijfers kan geen uitspraak worden gedaan over de verdeling van de inkomensontwikkeling over de verschillende huishoudensgroepen. De hypotheekschuld nam toe met 4 miljard en bedroeg 719,7 miljard euro. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de financiën van huishoudens.
Zowel de groep werknemers als de groep zelfstandigen zagen hun inkomen toenemen. De totale beloning van werknemers lag 4,7 procent hoger dan een jaar eerder (4,7 miljard euro), onder meer doordat het aantal banen en de gewerkte uren toenamen. Zelfstandigen zagen hun inkomen met 6,4 procent stijgen (1,1 miljard euro). Vooral in de landbouw nam het inkomen toe; in deze bedrijfstak zitten veel zelfstandigen. Huishoudens betaalden 3,5 miljard (+5,5 procent) meer belasting en sociale premies, onder meer doordat de grondslag hiervoor groter werd.
Kwartaalcijfers over het reëel beschikbaar inkomen worden bepaald door bij het verslagkwartaal de inkomens van de voorgaande drie kwartalen op te tellen.
Hogere hypotheekschuld bij huishoudens
De totale uitstaande hypotheekschuld van huishoudens steeg in het tweede kwartaal van 2019 met 4 miljard euro tot 719,7 miljard euro. De toename is de grootste sinds het derde kwartaal van 2016. De verkoopprijzen van huizen lagen in het tweede kwartaal van 2019 hoger en er waren 10,7 procent meer transacties van bestaande koopwoningen dan een kwartaal eerder.
Ondanks de stijging van de schuld in het afgelopen kwartaal daalt de hypotheekschuld als percentage van het bbp naar 90,8 procent. Begin 2015 lag deze quote nog boven de 100 procent. Het bbp nam in de afgelopen jaren sterker toe dan de hypotheekschuld, waardoor de schuldquote lager uitkwam.
Bron: CBS