De Nederlandse regering moet zich zo snel mogelijk inzetten voor een gedegen vrijhandelsverdrag met het Verenigd Koninkrijk. Dat zeggen ondernemingsorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland in een reactie op het Kameroverleg over de Brexit. Het Verenigd Koninkrijk is een belangrijke handelspartner en een grote economie. Daarom is het van belang zo snel mogelijk een gelijk speelveld te creëren, aldus beide organisaties.

Het kabinet moet zich erop richten dat de Nederlandse economische belangen goed verwoord zijn in het mandaat dat de Brusselse onderhandelaars meekrijgen. Dit mandaat bepaalt de marges voor de onderhandelingen. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, zijn veel Nederlandse mkb-bedrijven actief op de Britse markt. Er moet met de belangen van deze bedrijven rekening worden gehouden, zeggen VNO-NCW en MKB-Nederland. Daarbij moet de EU-onderhandelaars niet in de verleiding komen om de Britten te ‘straffen’ voor de Brexit.

Overgangsregelingen

VNO-NCW en MKB-Nederland willen daarom dat er niet alleen een zo onbelemmerd mogelijk handelsverkeer blijft, maar dat er ook een gelijk speelveld is aan beide kanten van het Kanaal. De twee belangenorganisaties maken zich zorgen over de kloof die ontstaat tussen Europese en Britse wet- en regelgeving na de Brexit. Daarnaast heeft de Britse premier May aangekondigd dat zij inzet op een agressieve buitenlandse handelspolitiek. Zij dringen daarom aan op het creëren van overgangsregelingen zolang een vrijhandelsakkoord nog niet in werking is.

59 miljard euro

De totale goederenhandel tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk had in 2015 een omvang van ruim 59 miljard euro. Nederland importeerde voor 21 miljard euro uit het Verenigd Koninkrijk en exporteerde voor 38 miljard naar de Britten. Na Ierland en België is Nederland het EU-land dat economisch het meest verbonden is met de Britten.

Download hier de Notitie Brexit (PDF)