De afzetprijzen van de Nederlandse industrie waren in mei gemiddeld 28,8 procent hoger dan in mei 2021, meldt het CBS. Dat is vrijwel dezelfde stijging als een maand eerder toen de grootste prijsstijging sinds het begin van de statistiek in de huidige vorm in 1981 werd gemeten. De grote prijsstijgingen zijn vooral te wijten aan toegenomen kosten voor energie en transport.
De toename van de afzetprijzen van de industrie is sinds juli 2021 ongekend groot. De oorlog in Oekraïne zorgt voor extra druk op de prijzen, bovenop de prijsstijgingen die ontstonden door het snelle herstel van de economie na de coronacrisis.
De in- en uitvoerprijzen van de industrie zijn als inflatie-indicatoren opgenomen in het prijzendashboard.
Stijging olieprijzen groter
De stijging van de afzetprijzen in de industrie hangt sterk samen met de prijsontwikkeling van ruwe aardolie. In mei kostte een vat ruwe North Sea Brent ongeveer 105 euro. Dat was bijna 88 procent meer dan een jaar eerder. In april 2022 kostte een vat ruwe North Sea Brent olie bijna 98 euro, ongeveer 80 procent meer dan een jaar eerder.
Producten van de aardolie-industrie waren in mei 107,5 procent duurder dan in mei 2021. In april lagen de prijzen 108,6 procent hoger dan een jaar eerder. Ook in de chemische industrie hangt de afzetprijs over het algemeen samen met de olieprijs. De afzetprijzen van de chemische industrie waren in mei 39,2 procent hoger dan een jaar eerder. In april lagen de prijzen 43,9 procent hoger dan in april 2021.
In nagenoeg alle bedrijfsklassen van de industrie lagen de prijzen in mei hoger dan een jaar eerder.
Afzetprijzen industrie stijgen in mei
De afzetprijzen van de industrie zijn in mei ten opzichte van april met 1,1 procent gestegen. De prijzen op de binnenlandse markt namen met 1,2 procent toe, de prijzen op de buitenlandse markt met 1,0 procent. De afzetprijzen lopen al vanaf eind 2020 snel op.
Bron: CBS