Ruim 3 op de 10 bedrijven gaven in mei 2024 aan problemen te hebben ondervonden bij de toelevering van grondstoffen, producten of diensten in de afgelopen twaalf maanden. De belangrijkste gevolgen daarvan voor ondernemers zijn hogere grondstofkosten of duurdere producten en vertraging in de processen. Industriële bedrijven ervaren relatief vaak belemmeringen bij de export. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers uit de Conjunctuurenquête Nederland.
Voor dit onderzoek, dat maandelijks wordt gehouden in samenwerking met KVK, EIB, MKB-Nederland en VNO-NCW, zijn in mei 2024 extra vragen gesteld over de toelevering aan bedrijven met vijf of meer werkzame personen in de industrie, detailhandel en diensten.
Detailhandelaren ondervonden vaker problemen
Ruim 44 procent van de detailhandelaren ervaart problemen (aanzienlijk of enigszins) bij de toelevering van grondstoffen, producten of diensten. Ook voor vervoer- en opslagbedrijven geldt dat ruim 4 op de 10 bedrijven problemen ervaren. Deze bedrijfstak kent het grootste aandeel bedrijven (15 procent) dat aangeeft aanzienlijke problemen te ondervinden. Horecabedrijven ondervinden het minst vaak problemen: ruim 63 procent geeft aan nauwelijks of geen problemen te hebben in de toeleveringsketen.
Binnen het kleinbedrijf ligt het aandeel ondernemers dat toeleveringsproblemen ervaart op ruim 27 procent, dat is lager dan in het middenbedrijf (30 procent) en het grootbedrijf (35 procent).
Hogere kosten en vertraging in processen belangrijkste gevolgen
Hogere kosten voor grondstoffen of producten en vertraging in de processen zijn de meest genoemde gevolgen van problemen met toelevering. Beide worden door 16 procent van de bedrijven genoemd als belangrijkste gevolg. Horecabedrijven noemen hogere kosten veel vaker dan gemiddeld als uitvloeisel (30 procent).
Ruim een kwart van de bedrijven ervaart geen gevolgen van problemen in de toeleveringsketen.
Ruim 4 op de 10 bedrijven in industrie ervaren exportbelemmeringen
Industriële bedrijven ervaren veel vaker belemmeringen bij de export van goederen of diensten dan bedrijven in andere bedrijfstakken. Ruim 43 procent van de bedrijven in de industrie ondervindt belemmeringen, tegen 21 procent in alle bedrijfstakken. Handelsbarrières en regelgeving ervaart bijna 18 procent van de industriële bedrijven als belangrijkste belemmering. Ook concurrentie op de buitenlandse markt wordt relatief vaak genoemd (11 procent). Transport- of logistieke uitdagingen zijn de belangrijkste belemmering voor bedrijven in de autohandel en –reparatie (10 procent).
Bijna 40 procent exportwaarde goederen afkomstig van industrie
Hoewel industriële bedrijven het vaakst exportbelemmeringen ervaren, namen zij met 39 procent, het grootste deel van de totale exportwaarde van goederen voor hun rekening in 2023. Een klein deel van de bedrijven in Nederland is hiervoor verantwoordelijk: een half procent.
Een derde van de industriële export gaat naar onze buurlanden Duitsland en België. Andere belangrijke handelspartners zijn de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, China, Zuid-Korea en Taiwan. Deze niet-EU-landen liggen op grotere afstand van Nederland, waardoor er bijvoorbeeld meer kans is op verstoring van scheepvaartroutes. Ook is er andere regelgeving gemoeid met de handel met deze landen, wat als exportbeperking kan worden ervaren.
Bron: CBS